woensdag 4 mei 2011

Rellen Hofstade: Een koude douche voor een warme stad

Rellen Hofstade: Een koude douche voor een warme stad

Dit artikel verscheen in Brussel Deze Week van 4 mei 2011 - Christophe Degreef © Brussel Deze Week

Nadat Brusselse jongeren in het Vlaams-Brabantse Hofstade de boel op stelten hebben gezet, klinkt de roep om eigen Brusselse sport- en recreatie-infrastructuur des te luider. Of dat het probleem verhelpt, is één vraag. “Jongeren moeten eerst verantwoordelijk gesteld worden,” zegt staatssecretaris Bruno De Lille. Bloso is niet direct van plan in Brussel te investeren. “De politiek moet die beslissing nemen.”
De antwoorden op de rellen in het Provinciaal Domein van Hofstade blijven niet uit. Binnenkort wordt het domein omheind en straks worden ook de toegangspaviljoentjes weer gebruikt: bezoekers van buiten de regio zullen een toegangsprijs moeten betalen. (© Bart Dewaele)
H alfweg tussen Vilvoorde en Mechelen ligt Hofstade, bekend van zijn sportdomein met zwemvijver en kunstmatig strand. En ook bekend door zijn problemen, die de kop opsteken zodra de eerste zon doorbreekt.

Zo was het ook afgelopen paasmaandag. Een korte schermutseling op het strand, een snelle en hevige interventie door de politie, en de vlam sloeg in de pan. Volgens de politie belaagden twee-, driehonderd jonge mensen de aanwezige agenten; volgens de jongeren zelf, hierbij gesteund door sommige ooggetuigen, reageerde de politie overdreven op een incident dat er geen was.
Hoe de feiten ook waren, hoe sterk ook de ruis die dergelijke incidenten omhult, zeker is dat er in Hofstade maatregelen genomen zullen worden. Het domein wordt binnenkort omheind, en bezoekers van buiten de regio zullen een toegangsprijs moeten betalen. Dat zijn duidelijke antwoorden.

Openluchtzwembad
Het probleem, dat is de massale uittocht uit Brussel van jongeren – vaak van allochtone origine, want dit is nu eenmaal Brussel.
“Logisch,” zeggen sommigen, “want in Brussel zijn er niet zulke recreatiedomeinen, en beeld je maar eens in dat je klein woont, dat je zin hebt in vertier wanneer het warm wordt, en dat je in je stad nergens terechtkunt. Dan trek je massaal naar een plaats waar dat wel kan, en nog gratis ook, ook al moet je daarvoor eerst een uur reizen. Ter plaatse word je argwanend bekeken, want je komt uit Brussel, en je hebt een andere kleur.”
Daartegenover heb je de sceptici, die zeggen dat veel staat of valt met je eigen gedrag, en dat jongeren zich maar moeilijk kunnen gedragen.
Maar dat er niet veel recreatiemogelijkheid genre Hofstade in Brussel is, daarover kan men het eens zijn. Pascal Smet, Vlaams minister van Brussel, Jeugd, Onderwijs en Gelijke Kansen (SP.A), vindt dat ook. Als minister van Openbare Werken in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest pleitte hij eerder al voor een openluchtzwembad in de kanaalzone. Daar waar het het meest nodig is. Maar ondanks de oorspronkelijke hoop en een ambitieuze Smet die de forcing meermaals probeerde voeren, kwam het zwembad er nooit. In 2009 werd het op de lange baan geschoven uit geldgebrek, ook al leek er initieel jaren geleden wel geld voor uitgetrokken te worden.
De Brusselse regering is er dus nooit in geslaagd een degelijk alternatief te bieden voor de Vlaams-Brabantse sportdomeinen zoals Hofstade, maar ook Huizingen en Grimbergen.
Smet kwam daar vorige week nog eens op terug in een opiniestuk in De Morgen. “De Brusselse jongeren worden door het beleid in de steek gelaten,” herhaalde hij.

Ontoelaatbaar
Zijn collega Bruno De Lille (Groen!), Brussels staatssecretaris en binnen de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) bevoegd voor Jeugd, geeft Smet deels gelijk. “Alleen is de visie van de socialisten een beetje kort door de bocht. Je lost het probleem niet op door zomaar sportdomeinen of openluchtzwembaden in Brussel te bouwen. Dan krijg je dezelfde problemen, en dan is het een Brussels probleem. Geweld en agressie van jongeren is niet toelaatbaar, dat moet je hun duidelijk maken. Daarnaast moet je hen regels bijbrengen. Jongeren moet je sterker maken, ervoor zorgen dat ze sterk in hun schoenen staan en hun leven in eigen handen nemen. Je moet ze wijzen op hun verantwoordelijkheid. Dat is wat wij in de VGC als beleid naar voren proberen te schuiven.”

De Lille zegt nog dat hij het paradoxaal vindt dat het probleem verveling zou zijn. “Die jonge gasten wisten waar ze animatie moesten zoeken, in Hofstade namelijk. Ik geloof dus niet echt dat ze zich verveelden.”
Opmerkelijk is dat Groen!, voorheen toch een partij die vooral zachtere oplossingen naar voren schoof als antwoord op maatschappelijke problemen, een bocht heeft gemaakt sinds Vlaams Groen!-parlementslid Luckas Vander Taelen hard van leer trok tegen probleemjongeren. En zich nu mijlenver van de SP.A, de vroegere partner in Brussel, distantieert.

Geen Bloso in Brussel
Terwijl Bruno De Lille zegt dat de VGC en Bloso, de Vlaamse sportadministratie, zoveel mogelijk samenwerken, moet ook hij het antwoord schuldig blijven waarom er geen recreatiedomeinen van Bloso zijn in de hoofdstad. Of is Brussel Vlaanderen niet?
Bij Bloso wordt een en ander gekaderd. Michel Van Espen is bij de sportadministratie verantwoordelijk voor infrastructuur. “Er zijn inderdaad geen Bloso-centra in Brussel. Dat heeft historisch-politieke oorzaken. Men heeft er nooit werk van gemaakt, en toen er wel plannen waren, zijn die nooit uitgevoerd. En er waren wel degelijk plannen,” meent Van Espen. “In de jaren 1980 wilde men in Dilbeek een groot complex bouwen dat ook de Vlaamse Brusselaars moest aantrekken. En de enkele Bloso-centra die er in Brussel waren, in Anderlecht en Elsene, zijn om budgettaire redenen gesloten. Samenvattend kun je dus stellen dat er beleidsmatig niet voor werd gekozen centra te openen in de hoofdstad, en dat het financiële daar vaak in meespeelde.”
De Vlaamse overheid geeft Bloso ook de mogelijkheid om publiek-private sportinitiatieven mee te ondersteunen in Brussel, maar ook daar klinkt het verhaal hetzelfde. “Alle plannen in die richting zijn nooit uitgevoerd.”
In de nabije toekomst zijn er ook geen Bloso-sportdomeinen gepland in Brussel. “Tenzij het beleid dat zou willen,” vult Van Espen aan.
Bij dit alles is het natuurlijk de vraag in hoeverre de Vlaamse overheid alleen haar verantwoordelijkheid moet nemen in het tekort-aan-infrastructuur-verhaal.

Veiligheid
Misschien zitten er wel fundamentelere aspecten aan het probleem-Hofstade, aspecten die verder van het beleid staan. Zo is er al vaak op gehamerd dat er in onze samenleving minder en minder respect voor gezag is. Eerdere gebeurtenissen in en buiten Brussel toonden dat al aan. Bij de politiediensten wordt dit als een stevig probleem ervaren, met frustraties tot gevolg, en vaker antipathieke reacties tegenover burgers als een gevolg dáárvan. Maar ook in ziekenhuizen, bij de brandweer en tegenover ambulanciers is respect voor het gezag tanende.

Bij allochtone jongeren uit zich dat in stoerdoenerij en het op de korrel nemen van al wie er anders, ‘Vlaams’ uitziet, alles wat gezag en maatschappelijke verantwoordelijkheid ademt, vertelde Bachir M’Rabet, toen jeugdwerker bij Foyer in Molenbeek, ons anderhalf jaar geleden. Een soortgelijke visie vind je ook bij andere sociale werkers. Volgens studiewerk van de gerenommeerde Amerikaanse Har­vard-socioloog Robert Putnam plooien mensen en groepen in samenlevingen die heel divers zijn, zich vaker terug op zichzelf. En niet alleen uit de samenleving, maar ook uit de eigen groep. “Als schildpadden in hun schild,” zegt Putnam met een metafoor. De omwonende in Hofstade ziet jongeren toestromen die er in zijn perceptie anders uitzien en zich anders gedragen, en hij wil zich hiervan distantiëren. En de allochtone jongere ziet een samenleving die hem, in zijn perceptie, weinig gunt.

Volgens de Iers-Britse schrijver Michael Foley (in het boek The age of absurdity) leven we in tijden van entitlement; iedereen vindt dat hij recht heeft op dit, of op dat. De blanke man wil een gevoel van veiligheid en eist het recht daarop op; de jongere (met een andere kleur) wil het recht hebben om zich uitbundig te vermaken, kritiekloos, ook al maakt hij te veel lawaai.
Het beleid blijft niet achterwege. In het Provinciaal Domein van Huizingen – ook in Vlaams-Brabant – hadden ze tot voor kort dezelfde problemen, maar die hebben ze de kop ingedrukt door buitenstaanders een toegangsprijs te vragen. En door andere restrictieve maatregelen te nemen. In Hofstade gaat het dezelfde kant uit.

Ondertussen worden de gratis alternatieven schaars, voor jongeren, maar ook voor u. Wat men aan
veiligheid wint, verliest men aan vrijheid.

Buurtsport en Picqué reageren

 In een opiniestuk, gestuurd naar deze krant, zegt Gert Eeraerts, coördinator bij Buurtsport Brussel, dat de Vlaamse overheid haar verantwoordelijkheid moet nemen en mee moet investeren in openluchtinfrastructuur in de hoofdstad.
“Jongeren zullen zich dan kunnen uitleven zonder eerst uren in de bus te moeten doorbrengen. Het lokale omkaderingspersoneel zal beter weten hoe ze op een open manier met dit publiek kunnen omgaan. En de Vlaamse wateren zullen minder geplaagd worden door Brusselse jongeren.” Buurtsport Brussel organiseert sport voor (jonge) Brusselaars, maar biedt ook opleiding en kansen op werk aan laaggeschoolde langdurig werklozen.
Voor Brussels minister-president Charles Picqué (PS) is het probleem (ook) een tekort aan geld. “Moeten horen dat Brussel deze problemen zelf moet oplossen, terwijl tegelijk de middelen worden geweigerd die nodig zijn voor opleiding, onderwijs, sociale begeleiding en veiligheid, is niet alleen onaanvaardbaar, maar ook hatelijk.”

Christophe Degreef © Brussel Deze Week

Geen opmerkingen:

Een reactie posten